Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie

Verpleeghuizen zetten regelmatig honden in als onderdeel van het activiteitenprogramma voor mensen met dementie. Wat is het effect daarvan? En is het effect hetzelfde als je robotdieren inzet? Specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie Lonneke Schuurmans onderzocht het. Op vrijdag 1 maart 2024 promoveert ze bij de Open Universiteit.

Mensen met dementie kunnen soms onrustig gedrag vertonen. In een groep is dit vaak moeilijk te reguleren en kan het storend zijn. Voor artsen en begeleiders vormt het een uitdaging om deze mensen toch een plezierige daginvulling te geven. In haar proefschrift beschrijft Lonneke Schuurmans het effect van groepsactiviteiten met een hond en vergelijkt ze dit met de inzet van een robotdier. Haar conclusie: een hond en diens begeleider vergroten de sociale interactie van mensen met dementie. Bij een robotdier is dit effect er ook, maar in mindere mate.

Opfleuren

Uit het onderzoek van Schuurmans blijkt dat mensen met dementie positief reageren op een hond en diens begeleider. Waar ze eerst stilletjes in de groep zitten, fleuren ze op zodra de hond en de begeleider bij hen komen en maken ze op hun eigen manier verbaal of non-verbaal contact met de hond. Dit effect op sociale interactie is er ook bij het robotdier, maar het effect is wel kleiner dan het effect van hond en begeleider. Daarnaast wijst het onderzoek uit, dat een begeleider niet belangrijk is bij de inzet van de robot. Dat maakt de robot een ideale interventie om 24/7 toe te passen in woongroepen van mensen met dementie.

Onrustig gedrag verdwijnt door hond

Een opvallende conclusie is, dat onrustig gedrag bij mensen met dementie volledig verdwijnt als zij bezig zijn met een hond. Het effect is kortstondig: zodra de activiteit is afgelopen, komt het gedrag weer terug. Bij de robot daalt het agitatiegedrag ook, maar niet volledig. Toch is dit een waardevolle constatering, omdat de ouderenzorg continu op zoek is naar activiteiten die mensen met dementie een geluksmoment kunnen bieden.

Schuurmans pleit ervoor om hondenactiviteiten een vast onderdeel te laten zijn van het activiteitenprogramma in een verpleeghuis. Belangrijk is wel om bij de selectie van de hondenteams ook te kijken of de begeleider geschikt is voor de omgang met mensen met dementie.

Promotie Lonneke Schuurmans

Lonneke Schuurmans (Veghel, 1979) is specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie bij de Zorgboog. Op vrijdag 1 maart 2024 om 13.30 uur verdedigt zij haar proefschrift ‘Dog-handler team visitations for nursing home residents with dementia: a novel approach’ aan de faculteit Psychologie van de Open Universiteit in Heerlen.

De promotores zijn prof. dr. Jos Schols (Universiteit Maastricht) en em. prof. dr. Marie-José Enders-Slegers (Open Universiteit). Copromotor is dr. Inge Noback, (Hanzehogeschool Groningen). De promotie is live bij te wonen bij de Open Universiteit in Heerlen en online te volgen via ou.nl/live.

Bron: OU

Het bericht Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie

Verpleeghuizen zetten regelmatig honden in als onderdeel van het activiteitenprogramma voor mensen met dementie. Wat is het effect daarvan? En is het effect hetzelfde als je robotdieren inzet? Specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie Lonneke Schuurmans onderzocht het. Op vrijdag 1 maart 2024 promoveert ze bij de Open Universiteit.

Mensen met dementie kunnen soms onrustig gedrag vertonen. In een groep is dit vaak moeilijk te reguleren en kan het storend zijn. Voor artsen en begeleiders vormt het een uitdaging om deze mensen toch een plezierige daginvulling te geven. In haar proefschrift beschrijft Lonneke Schuurmans het effect van groepsactiviteiten met een hond en vergelijkt ze dit met de inzet van een robotdier. Haar conclusie: een hond en diens begeleider vergroten de sociale interactie van mensen met dementie. Bij een robotdier is dit effect er ook, maar in mindere mate.

Opfleuren

Uit het onderzoek van Schuurmans blijkt dat mensen met dementie positief reageren op een hond en diens begeleider. Waar ze eerst stilletjes in de groep zitten, fleuren ze op zodra de hond en de begeleider bij hen komen en maken ze op hun eigen manier verbaal of non-verbaal contact met de hond. Dit effect op sociale interactie is er ook bij het robotdier, maar het effect is wel kleiner dan het effect van hond en begeleider. Daarnaast wijst het onderzoek uit, dat een begeleider niet belangrijk is bij de inzet van de robot. Dat maakt de robot een ideale interventie om 24/7 toe te passen in woongroepen van mensen met dementie.

Onrustig gedrag verdwijnt door hond

Een opvallende conclusie is, dat onrustig gedrag bij mensen met dementie volledig verdwijnt als zij bezig zijn met een hond. Het effect is kortstondig: zodra de activiteit is afgelopen, komt het gedrag weer terug. Bij de robot daalt het agitatiegedrag ook, maar niet volledig. Toch is dit een waardevolle constatering, omdat de ouderenzorg continu op zoek is naar activiteiten die mensen met dementie een geluksmoment kunnen bieden.

Schuurmans pleit ervoor om hondenactiviteiten een vast onderdeel te laten zijn van het activiteitenprogramma in een verpleeghuis. Belangrijk is wel om bij de selectie van de hondenteams ook te kijken of de begeleider geschikt is voor de omgang met mensen met dementie.

Promotie Lonneke Schuurmans

Lonneke Schuurmans (Veghel, 1979) is specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie bij de Zorgboog. Op vrijdag 1 maart 2024 om 13.30 uur verdedigt zij haar proefschrift ‘Dog-handler team visitations for nursing home residents with dementia: a novel approach’ aan de faculteit Psychologie van de Open Universiteit in Heerlen.

De promotores zijn prof. dr. Jos Schols (Universiteit Maastricht) en em. prof. dr. Marie-José Enders-Slegers (Open Universiteit). Copromotor is dr. Inge Noback, (Hanzehogeschool Groningen). De promotie is live bij te wonen bij de Open Universiteit in Heerlen en online te volgen via ou.nl/live.

Bron: OU

Het bericht Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie

Verpleeghuizen zetten regelmatig honden in als onderdeel van het activiteitenprogramma voor mensen met dementie. Wat is het effect daarvan? En is het effect hetzelfde als je robotdieren inzet? Specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie Lonneke Schuurmans onderzocht het. Op vrijdag 1 maart 2024 promoveert ze bij de Open Universiteit.

Mensen met dementie kunnen soms onrustig gedrag vertonen. In een groep is dit vaak moeilijk te reguleren en kan het storend zijn. Voor artsen en begeleiders vormt het een uitdaging om deze mensen toch een plezierige daginvulling te geven. In haar proefschrift beschrijft Lonneke Schuurmans het effect van groepsactiviteiten met een hond en vergelijkt ze dit met de inzet van een robotdier. Haar conclusie: een hond en diens begeleider vergroten de sociale interactie van mensen met dementie. Bij een robotdier is dit effect er ook, maar in mindere mate.

Opfleuren

Uit het onderzoek van Schuurmans blijkt dat mensen met dementie positief reageren op een hond en diens begeleider. Waar ze eerst stilletjes in de groep zitten, fleuren ze op zodra de hond en de begeleider bij hen komen en maken ze op hun eigen manier verbaal of non-verbaal contact met de hond. Dit effect op sociale interactie is er ook bij het robotdier, maar het effect is wel kleiner dan het effect van hond en begeleider. Daarnaast wijst het onderzoek uit, dat een begeleider niet belangrijk is bij de inzet van de robot. Dat maakt de robot een ideale interventie om 24/7 toe te passen in woongroepen van mensen met dementie.

Onrustig gedrag verdwijnt door hond

Een opvallende conclusie is, dat onrustig gedrag bij mensen met dementie volledig verdwijnt als zij bezig zijn met een hond. Het effect is kortstondig: zodra de activiteit is afgelopen, komt het gedrag weer terug. Bij de robot daalt het agitatiegedrag ook, maar niet volledig. Toch is dit een waardevolle constatering, omdat de ouderenzorg continu op zoek is naar activiteiten die mensen met dementie een geluksmoment kunnen bieden.

Schuurmans pleit ervoor om hondenactiviteiten een vast onderdeel te laten zijn van het activiteitenprogramma in een verpleeghuis. Belangrijk is wel om bij de selectie van de hondenteams ook te kijken of de begeleider geschikt is voor de omgang met mensen met dementie.

Promotie Lonneke Schuurmans

Lonneke Schuurmans (Veghel, 1979) is specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie bij de Zorgboog. Op vrijdag 1 maart 2024 om 13.30 uur verdedigt zij haar proefschrift ‘Dog-handler team visitations for nursing home residents with dementia: a novel approach’ aan de faculteit Psychologie van de Open Universiteit in Heerlen.

De promotores zijn prof. dr. Jos Schols (Universiteit Maastricht) en em. prof. dr. Marie-José Enders-Slegers (Open Universiteit). Copromotor is dr. Inge Noback, (Hanzehogeschool Groningen). De promotie is live bij te wonen bij de Open Universiteit in Heerlen en online te volgen via ou.nl/live.

Bron: OU

Het bericht Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie

Verpleeghuizen zetten regelmatig honden in als onderdeel van het activiteitenprogramma voor mensen met dementie. Wat is het effect daarvan? En is het effect hetzelfde als je robotdieren inzet? Specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie Lonneke Schuurmans onderzocht het. Op vrijdag 1 maart 2024 promoveert ze bij de Open Universiteit.

Mensen met dementie kunnen soms onrustig gedrag vertonen. In een groep is dit vaak moeilijk te reguleren en kan het storend zijn. Voor artsen en begeleiders vormt het een uitdaging om deze mensen toch een plezierige daginvulling te geven. In haar proefschrift beschrijft Lonneke Schuurmans het effect van groepsactiviteiten met een hond en vergelijkt ze dit met de inzet van een robotdier. Haar conclusie: een hond en diens begeleider vergroten de sociale interactie van mensen met dementie. Bij een robotdier is dit effect er ook, maar in mindere mate.

Opfleuren

Uit het onderzoek van Schuurmans blijkt dat mensen met dementie positief reageren op een hond en diens begeleider. Waar ze eerst stilletjes in de groep zitten, fleuren ze op zodra de hond en de begeleider bij hen komen en maken ze op hun eigen manier verbaal of non-verbaal contact met de hond. Dit effect op sociale interactie is er ook bij het robotdier, maar het effect is wel kleiner dan het effect van hond en begeleider. Daarnaast wijst het onderzoek uit, dat een begeleider niet belangrijk is bij de inzet van de robot. Dat maakt de robot een ideale interventie om 24/7 toe te passen in woongroepen van mensen met dementie.

Onrustig gedrag verdwijnt door hond

Een opvallende conclusie is, dat onrustig gedrag bij mensen met dementie volledig verdwijnt als zij bezig zijn met een hond. Het effect is kortstondig: zodra de activiteit is afgelopen, komt het gedrag weer terug. Bij de robot daalt het agitatiegedrag ook, maar niet volledig. Toch is dit een waardevolle constatering, omdat de ouderenzorg continu op zoek is naar activiteiten die mensen met dementie een geluksmoment kunnen bieden.

Schuurmans pleit ervoor om hondenactiviteiten een vast onderdeel te laten zijn van het activiteitenprogramma in een verpleeghuis. Belangrijk is wel om bij de selectie van de hondenteams ook te kijken of de begeleider geschikt is voor de omgang met mensen met dementie.

Promotie Lonneke Schuurmans

Lonneke Schuurmans (Veghel, 1979) is specialist ouderengeneeskunde en kaderarts psychogeriatrie bij de Zorgboog. Op vrijdag 1 maart 2024 om 13.30 uur verdedigt zij haar proefschrift ‘Dog-handler team visitations for nursing home residents with dementia: a novel approach’ aan de faculteit Psychologie van de Open Universiteit in Heerlen.

De promotores zijn prof. dr. Jos Schols (Universiteit Maastricht) en em. prof. dr. Marie-José Enders-Slegers (Open Universiteit). Copromotor is dr. Inge Noback, (Hanzehogeschool Groningen). De promotie is live bij te wonen bij de Open Universiteit in Heerlen en online te volgen via ou.nl/live.

Bron: OU

Het bericht Inzet van hond vergroot sociale interactie van mensen met dementie verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen

Vaccinatie en voorzorgsmaatregelen dringend geadviseerd

Recentelijk is een zorgwekkende toename geconstateerd in het aantal pasgeboren baby’s dat ernstig ziek wordt als gevolg van kinkhoest. Wekelijks worden circa 110 nieuwe gevallen van kinkhoest gerapporteerd, waarvan ongeveer twintig betrekking hebben op baby’s. Deze opmars is voornamelijk waarneembaar in regio’s met een lage vaccinatiegraad, waaronder de zogenaamde Biblebelt. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en medisch specialisten adviseren personen met hoest- en verkoudheidssymptomen om afstand te bewaren tot hoogzwangere vrouwen en pasgeboren kinderen.

Een significante toename in kinkhoestgevallen onder baby’s baart het RIVM grote zorgen. Kinkhoest kan voor baby’s levensbedreigend zijn, resulterend in ziekenhuisopname en in zeldzame gevallen zelfs de dood. Meer dan negentig procent van de getroffen baby’s in 2024 was niet gevaccineerd tegen deze ziekte, waarbij ongeveer de helft van hen ziekenhuiszorg nodig had.

Kinkhoest is een uiterst besmettelijke aandoening, veroorzaakt door een bacterie die toxische stoffen afscheidt, resulterend in langdurige en hevige hoestbuien. Het aantal kinkhoestmeldingen is sinds juni vorig jaar aanzienlijk gestegen en overschrijdt de cijfers van de voorafgaande jaren aanzienlijk. Het werkelijke aantal gevallen ligt mogelijk nog hoger, aangezien niet iedereen met symptomen getest wordt.

Om de verspreiding van kinkhoest te beperken en vooral zuigelingen te beschermen, worden de volgende richtlijnen aanbevolen:

Zwangere vrouwen worden aangemoedigd zich te laten vaccineren tegen kinkhoest tijdens de zwangerschap en contact met zieke personen te vermijden.

Ouders dienen ervoor te zorgen dat hun baby’s de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma op tijd ontvangen. Bij hoestklachten binnen het gezin of contact met een kinkhoestpatiënt, is het raadzaam om een huisarts te raadplegen.

Personen met hoest- of verkoudheidssymptomen moeten uit de buurt blijven van hoogzwangere vrouwen en pasgeboren baby’s.

Sinds de introductie van het kinkhoestvaccin in 1957 was een aanzienlijke daling in het aantal kinkhoestgevallen waarneembaar, waarmee jaarlijks vele kinderlevens werden gered. Echter, sinds 1996 is er weer een toename te zien, mede doordat de bacterie van structuur is veranderd en mensen hierdoor gemakkelijker ziek worden. Tussen april 2020 en juni 2023 waren er bijna geen meldingen van kinkhoest, waarschijnlijk als bijeffect van de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. De huidige stijging in kinkhoestgevallen kan deels worden verklaard door het gebrek aan natuurlijke immuniteitsopbouw tijdens deze periode.

Bron: RIVM

Het bericht Alarmerende stijging kinkhoestgevallen onder pasgeborenen verscheen eerst op MedicalFacts.nl.

Visit Us On TwitterVisit Us On FacebookVisit Us On PinterestVisit Us On YoutubeVisit Us On LinkedinCheck Our FeedVisit Us On Instagram